2022 is een jaar om snel te vergeten voor de belegger. De prestaties van het jaar zijn onbetwistbaar: -12,5% op de wereldmarkten, het gevolg van een combinatie van ongunstige economische en geopolitieke factoren. Maar in deze negatieve context blijft indexbeleggen standhouden. Het blijft de meest efficiënte benadering op lange termijn en voor portefeuilles bestaande uit een grote meerderheid aandelen blijft het een uitstekende optie, zelfs tijdens een crisis.
Voor portefeuilles die voornamelijk uit aandelen bestaan, komt indexbeleggen uit op de eerste of tweede plaats voor alle geanalyseerde beleggingshorizonten. En voor een beleggingshorizon van 5 jaar of meer presteert het systematisch beter, ongeacht het risicoprofiel. Underperformance op korte termijn heeft uiteraard weinig invloed op het totale rendement van indexportefeuilles, die een uitstekende oplossing voor de langetermijnbelegger blijven.
Voor de aandelenbelegger lijkt het duidelijk dat actief beheer het in tijden van crisis niet mogelijk maakt om betere rendementen te genereren of verliezen te beperken. In 2022 eindigt de overgrote meerderheid van de actieve beheerders het jaar met meer verliezen dan een vergelijkbare indexportefeuille. Dit toont nog eens aan dat actief beheer de belegger niet beschermt tegen een daling van de markt, wat nochtans vaak gezegd wordt om hoge beheerkosten te rechtvaardigen. Het blijkt daarom beter om kosten te besparen en te streven naar marktrendement.
2022 was een ronduit uitzonderlijk jaar op de obligatiemarkten. Het werd gekenmerkt door de eerste renteverhoging door de Europese Centrale Bank in 11 jaar, om de stijgende inflatie te beperken. Er waren meerdere stijgingen, sterk en dicht bij elkaar, waardoor obligatiebeleggers weinig rust kregen. Deze stijging had inderdaad een belangrijke impact op een obligatiemarkt waarvan de prijzen zich in de tegenovergestelde richting van de rente bewegen. Europese obligaties vertonen uiteindelijk hun slechtste jaarlijkse prestatie sinds de jaren 70.
Als gevolg hiervan zien we in 2022 een slechte prestatie van voorzichtige en gematigde indexportefeuilles. Deze slechte prestaties op korte termijn worden op middellange en lange termijn echter volledig uitgewist. Voor een voorzichtig profiel is de indexbenadering zelfs de enige die een positief rendement biedt over 5 jaar. Deze prestatieverschillen worden deels verklaard doordat de indexportefeuilles hier zijn opgebouwd uit obligaties met een relatief lange looptijd, die gevoeliger zijn voor rentebewegingen. Op de lange termijn presteert dit type obligatie doorgaans beter dan obligaties met een kortere looptijd.
Het is ook interessant op te merken dat de fondsen die er in 2022 uitsprongen niet noodzakelijk de beste zijn op de lange termijn. Zoals ze in het Engels zeggen: "Zelfs een blinde eekhoorn kan af en toe een noot vinden". Met andere woorden, we kunnen de geluksfactor niet uitsluiten, en vooral niet in een bijzonder moeilijk jaar. Anderzijds is de indexbenadering op de lange termijn altijd het meest efficiƫnt; hieruit blijkt dat underperformance op korte termijn weinig invloed heeft op het totale rendement van indexportefeuilles.
Over 10 jaar bieden verschillende indexportefeuilles uitzonderlijke rendementen: bijna 8% per jaar voor agressieve portefeuilles, 6% voor gematigde portefeuilles en 3,7% voor defensieve portefeuilles, en dit terwijl de economische context niet gunstig is.
Over 10 jaar is het verschil in rendement tussen indexbeleggen en de slechtst presterende vergelijkbare alternatieven ook aanzienlijk: +4,4% voor agressieve portefeuilles, +4,6% voor gematigde portefeuilles en +3,6% voor defensieve portefeuilles. Cumulatief betekent dit tussen de 42% en 72% extra rendement over de gehele periode. De indexbenadering domineert dus grotendeels vergelijkbare alternatieven op lange termijn, ongeacht het risicoprofiel van de belegger.
Meer details over indexbeleggen en de prestaties van de onderzochte beleggingsfondsen vindt u in onderstaande infografiek. De gebruikte methodologie en databronnen worden daar ook beschreven.